-
1 goed
goed1〈het; geen meervoud〉1 [wat goed is] good5 [kleding] clothes6 [textiel] material, fabric ⇒ cloth♦voorbeelden:1 goed en kwaad • good and evil, right and wrongdat zal hem goed doen • that'll do him good, it'll be good for himhij meende er goed aan te doen • he meant well by it, he did it for the bestik denk dat je daar goed aan gedaan hebt • I think you did the right thinghij kan geen goed meer doen • he can't do a thing rightdaar zul je de zaak geen goed mee doen • you won't do things any good if you do thater is bij hem geen goed te doen • there's no pleasing him3 gestolen goed • stolen goods/propertyonroerend goed • real estateroerend goed • personal property/effectsschoon goed aantrekken • put on clean clothes6 wit/bont goed • white/coloured wash; whites, colouredshet goed hangt te drogen • the washing is hanging up to dry————————goed23 [geschikt] good5 [deugdzaam] good♦voorbeelden:hij bedoelt/meent het goed • he means wellik begrijp niet goed … • I don't quite/really understand …begrijp me goed • don't get me wrong, make no mistake (about it)als ik 't goed heb • if I'm not mistaken〈 ironisch〉 is het nou goed? • satisfied?als je goed kijkt • if you look closelydat komt wel weer goed • it'll turn out all righthet goed opnemen • take it wellik vind dat niet goed • 〈 keur het niet goed〉 I don't think that's a good idea; 〈 ben het er niet mee eens〉 I don't agree〈 informeel〉 dat zit wel goed • that's all right, don't worry about itnet goed! • serve(s) you/him/them 〈enz.〉right!niet goed geld terug • money-back guaranteehet is ook nooit goed bij hem • nothing's ever good enough for himhet is ook nooit goed • I give up; you're never satisfied, are youprecies goed • just/exactly rightalles goed en wel maar … • that's all very well but …dat doet het altijd goed • that always works (well)goed gedaan, jochie! • well done, kid!wij hebben het goed • we're well off/all rightwe hebben het nog nooit zo goed gehad • we've never had it so goodhou je goed! • look after yourself!, take care (of yourself)!dat kan ze erg goed • she is very good at itje kunt goed zien dat … • it is obvious that …(heel) goed Engels spreken • speak English (very) well, speak (very) good Englishdie jas staat je goed • that coat suits you/looks good on youik wens je alle goeds • all the very best〈 ironisch〉 nee, nou wordt ie goed! • that's rich!goed zo! • good!, that's right!; 〈 als compliment〉 well done!, that's the way!zij is goed in wiskunde • she is good at mathematicsalles goed? • (is) everything all right?dat is een goeie! • that's a good one!dat is te veel van het goede • that is too much of a good thing3 ik weet het goed gemaakt … • I know, this is what we'll dozich goed houden • control oneself; 〈 niet lachen ook〉 keep a straight face; 〈 na persoonlijk verlies〉 bear up (well)de soep is niet goed meer • the soup has gone offhet is mij goed • I don't mind, it's all right by mehet zal wel ergens goed voor zijn • it must be of some use, there must be some reason for itik zal het goed met je maken • we can make a dealdaar is de verzekering goed voor • the insurance will cover itook goed • very well, all rightwie weet waar het goed voor is • you never know what will come out of itwaar is dat goed voor? • what good will that do?goed voor één consumptie • valid for one drink/meal/snackhij is goed voor een paar ton • he is worth a few hundred thousandhij heeft er niet veel goeds geleerd • it hasn't done him much good4 zich te goed doen aan • feast on, tuck intodat komt goed uit • that's (very) convenienthij maakt het goed • he's doing well/all rightdat geld heb ik nog van hem te goed • he still owes me that moneyde rest hou je nog te goed • I'll owe you the restik heb nog vier vakantiedagen te goed • I've still got four holidays owing to me/outstandingdat heb je nog van me te goed • 〈 belofte〉 I (still) owe you one; 〈 dreigement〉 you've got it coming (to you)dat hebben we nog te goed • that's still in store for uszo goed en zo kwaad als het gaat • as best I/you/he candat is goed om te weten • that's a good thing to knoween verandering ten goede • a change for the betterde opbrengst komt ten goede van het Rode Kruis • the proceeds go to the Red Crosshet komt zijn prestaties niet ten goede • it doesn't help his performancehou me ten goede • don't hold it against mehet is maar goed dat … • it's a good thing that …goed dat er politie is • where would we be without the police?goed dat je 't zegt • that reminds megoed dat ik 't weet • thanks for telling medat is maar goed ook! • and a good thing too!6 ik heb er goed geld mee verdiend • I've made a pretty penny/done well out of iteen goed jaar geleden • well over a year agohij was goed nijdig • he was really annoyedhet betaalt goed • it pays wellhij kan nog niet eens goed schrijven • he can't even write properlyhet er goed van nemen • lead the good lifehij zat goed fout • he was totally wrongtoen ik goed en wel in bed lag • when I finally/at last got into bedik was net goed en wel thuis of … • I'd only just come in/got home when …goed bij zijn • be clever¶ op een goed ogenblik merk je dat … • there comes a time when you notice that …dat was maar goed ook • it was just as wellmaar goed • (well) anywaywe hadden het net zo goed niet kunnen doen • we might/could just as well not have done itzo goed als niets • next to nothing, hardly anythingzo goed als nieuw • as good as newdat is zo goed als zeker • that is virtually/almost certainzo goed als onmogelijk • virtually/well-nigh impossiblezo goed als niemand • hardly anybodyII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉♦voorbeelden:ik ben wel goed maar niet gek • I'm not as stupid as you thinkik voel me heel goed • I feel fine/greatzou u zo goed willen zijn … • would/could you please …, would you be so kind as to …, do/would you mind …hij was te goed voor deze wereld • he was too good for this worldben je wel goed bij je hoofd? • are you crazy? -
2 wel
wel1I 〈de〉II 〈 het〉1 [het goede] welfare, well-being♦voorbeelden:'s levens wel en wee • the vicissitudes of life————————wel2I 〈 bijwoord〉1 [om een bevestiging uit te drukken] 〈zie voorbeelden 1〉2 [om een ontkenning tegen te spreken] 〈zie voorbeelden 2〉3 [goed, juist] well4 [nogal] rather, quite5 [vermoedelijk] probably6 [weliswaar] 〈zie voorbeelden 6〉7 [om bereidwilligheid uit te drukken] 〈zie voorbeelden 7〉8 [ter geruststelling] 〈zie voorbeelden 8〉9 [ter vermaning] 〈zie voorbeelden 9〉10 [om aan te duiden dat er sprake is van een grote hoeveelheid] 〈 met enkelvoud〉 as much as; 〈 met meervoud〉 as many as; 〈 met bijwoord van frequentie〉 as often as11 [minstens] at least, just as15 [in verbinding met ‘en’, na een bijvoeglijk naamwoord] [helemaal] completely, all16 [na een zelfstandig naamwoord; om aan te geven dat de genoemde zaak of persoon ongewone kenmerken heeft] quite (a)♦voorbeelden:1 ik heb je wel gezien! • I saw you!heeft hij het wel gedaan? • did he really do it?hij komt wel • he will come (all right)dat mag wel • that's all right/allowedhij moet wel • he's got tokom jij? misschien wel! • will you come?, I might!ik geloof van wel • I think sohij zegt van wel! • he says yes, he has/will/can 〈enz.〉‘ik doe het niet’, ‘je doet het wel!’ • ‘I won't do it’, ‘oh yes you will!’jij wil niet? ik wel! • you don't want to? well I do!wat deed hij dan wel? • what díd he do, then?meer wel dan niet • more often than notliever wel dan niet • as soon as notniet(es)! wél(les) • 〈 Brits-Engels〉 'tisn't! 'tis!; 〈 Amerikaans-Engels〉 it isn't, it is so/too!; 〈 afhankelijk van werkwoord in voorafgaande zin〉 didn't! did!als hij het niet weet, wie dan wel? • if he doesn't know, who does?als ik me wel herinner • if I remember correctlyen (dat) nog wel op zondag • and on a Sunday, too!‘hoe is het ermee?’ ‘het gaat wel’ • ‘how are you?’ ‘all right’ik mag haar wel • I rather like herik mag dat wel • I quite like thathet kan er wel mee door • it'll dodat zal wel niet • I suppose notje zult wel denken • what will you think?we kunnen nu wel zeggen dat hij de winnaar is • we can assume he's the winnerhij zal het wel niet geweest zijn • I don't think it was himdat kan wel (zijn) • that may be (so)hij zal nu wel in bed liggen • he'll be in bed by now6 dat is wel juist, maar … • true enough, but …Jaap heeft het wel gezegd, maar … • Jaap did say so, but …dát wel • granted, agreedlaat maar, ik ga wel/ik doe het wel • never mind, I'll go/I'll do it8 maak je maar geen zorgen, hij redt zich wel • don't worry, he'll managehet gaat wel weer over • it'll passweet je wel wat dat kost! • do you know what it costs!wil je wel eens luisteren! • will you just listen (to me)!Piet is wel 10 kilo afgevallen • Piet must have lost a good 10 kiloswat moet dat wel niet kosten • I hate to think what that costswel twee keer per week • as often as twice a weekdat is wel zo makkelijk • it would be a lot easier that wayhet lijkt me wel zo verstandig • it seems sensible to mewel een week later • a full week laterdat heb ik wel gezegd • I told you so (didn't I?)dat zeggen er wel meer • they all say that13 wat zullen de mensen er wel van zeggen? • what'll people say?14 och, ik mag hem wel • oh, I think he's all righthij weet wel degelijk dat … • he knows very well that …je kent Piet toch wel? • you know Piet, don't you?je hebt het toch wel vaker gedaan? • surely you've done that before16 hij is me de bedrijfsleider wel • he calls himself a manager?dat was me het dagje wel • that was quite a daydat komt wel eens voor • it happens at timesheb je wel eens Japans gegeten? • have you ever eaten Japanese food?enkelen, en wel de rijksten, … • a few, (namely) the richest, …het kan niet, en wel omdat … • it's not possible, (and that) because …II 〈 bijvoeglijk naamwoord〉1 [formeel] [gezond] well♦voorbeelden:————————wel31 [met betrekking tot een vraag] well2 [met betrekking tot verwondering] well, why♦voorbeelden:1 ik kon mijn les niet leren, jij wel? • I couldn't do my lessons, could you?wel? wat zeg je daarvan? • well? what do you say to that?wel? hoe denk jij erover? • so/well? how about it?2 wel allemachtig! • well I'll be blowed!wel, wel! • well, well!; 〈 misprijzend ook〉 tut tut!wel, wel, wie hebben we daar! Jantje Smit! • (why) if it isn't John Smith!¶ wel nee! • of course not!wel ja! • yes of course!; 〈 ironisch〉 come off it! -
3 zitten
1 [gezeten zijn] sit2 [zich met een doel ergens bevinden] sit3 [een functie bekleden] be4 [geruime tijd ergens vertoeven; verblijven] be5 [wonen] live6 [zich bevinden in de genoemde toestand] be7 [met betrekking tot een volharden in, gelaten worden op een plaats, in een toestand] 〈 zie voorbeelden〉8 [met betrekking tot zaken, zich bevinden, bevestigd zijn] be9 [met betrekking tot kleding] fit10 [gevuld, bedekt zijn met] be12 [met onbepaalde wijs] [bezig zijn met] be (… -ing), sit (… -ing)♦voorbeelden:1 blijf zitten • stay sitting (down), remain seatedgaan zitten • sit down, take a seat〈 figuurlijk〉 er eens voor gaan zitten • 〈 ter hand nemen〉 get (right) down to something/business; 〈 omstandig gaan vertellen〉 launch into one's storyzit je goed/lekker? • are you comfortable?aan de koffie zitten • be having coffeebij welke groep zit jij? • which group are you in?Jones zit in een vergadering • Jones is at a meeting3 in het bestuur zitten • be/serve on the boardop een kantoor zitten • be/work in an officewaar zit hij toch? • where can he be?nog in de kleine kinderen zitten • still have young children (on one's hands)hij zit in de amusementswereld/olie-industrie • he is in entertainment/oilwij zitten nog midden in de examens • we are still in the middle of the examsmet een gebroken been zitten • have a broken legop zware lasten zitten • have heavy expenseszonder werk/benzine zitten • be out of work/petrol(bijna) zonder geld zitten • have run short of moneyhij zit erover in dat hij zijn auto moet verkopen • he's upset about having to sell his car7 〈 figuurlijk〉 die weduwe bleef met twee kinderen zitten • that widow was left with two children (on her hands)op school blijven zitten • stay down a classer is iets tussen mijn tanden blijven zitten • something has (got) stuck between my teeth〈 figuurlijk〉 hij liet het er niet bij zitten • 〈 niet over zijn kant laten gaan〉 he didn't take it lying down; 〈 erover blijven zeuren〉 he wouldn't leave it alonedaar zitten we dan! • now we're in a messmet een probleem zitten • have a problemhoe zit het (dan) met …? • what about … (then)?het blijft niet zitten • it won't stay putlaat maar zitten • keep the changedat zit • that will holdhoe zit dat in elkaar? • how does it (all) fit together?; 〈 figuurlijk ook〉 how does that work?〈 figuurlijk〉 hem hebben zitten • 〈 uit zijn humeur zijn〉 be in a bad mood; 〈 dronken zijn〉 have had (a drop) too much〈 figuurlijk〉 daar zit het 'm in • that makes all the difference; 〈 daar gaat het juist om〉 that's the whole point〈 figuurlijk〉 er zit iets achter • 〈 ook〉 there's more to it (than meets the eye); 〈 verborgen moeilijkheid〉 there must be a catch to it〈 figuurlijk〉 er zat niets anders op dan toe te geven • there was nothing (else) for it but to give in〈 figuurlijk〉 wat zit er anders op? • what else is there to do?het zit los/scheef • it is loose/crooked〈 figuurlijk〉 alles zit hem mee/tegen • everything is going his way/against himzit het goed vast? • is it well secured?〈 figuurlijk〉 waar zit het hem in? • 〈 wat is de moeilijkheid〉 what's the problem?; 〈 oorzaak〉 what caused/what's causing it?in sla zit vitamine C • lettuce contains vitamin Cer zit onweer in de lucht • a thunderstorm is brewingheb jij geld in zijn zaak zitten? • have you got money in his business?er zit een vlek op je jurk • there is a stain on your dress〈 figuurlijk〉 〈 met een gebaar naar de keel〉 het zit me tot hier • I'm fed up (to the back teeth) with it〈 figuurlijk〉 hoe zit dat? gaan we of blijven we thuis? • what about it now? are we going or are we staying at home?die roman/film zit uitstekend in elkaar • that novel/film is beautifully constructed〈 figuurlijk〉 weet jij, hoe de zaak precies in elkaar zit? • do you know all the ins and outs of the matter?ergens vol mee zitten • be full of somethingonder de modder/luizen/schulden zitten • be covered with mud/lice, be (up to one's ears) in debt12 we zitten te eten • we are having dinner/lunchze zit daar maar te piekeren • she just sits there broodinghij zit te springen om naar huis te gaan • he can't wait to go homein zijn eentje zitten zingen/drinken • sit singing to oneself, be a lone drinkerzitten te zitten • hang/sit aroundhet zit er aan te komen • it's on its wayop tekenles zitten • be taking drawing lessonsop water en brood zitten • be (kept) on bread and waterwegens diefstal zitten • do time for thefthij zit overal aan • he cannot leave anything aloneachter de meisjes aan zitten • chase ((around) after) girlsdaar zit een vrouw achter • there is a woman involvedde zomer zit er weer op • the summer's over againmijn taak zit er weer op • that's my job out of the wayhet zit erop • that's that (done)wie heeft er aan mijn recorder gezeten? • who has been at/ 〈 ernstiger〉tampering with my cassette-player?〈 figuurlijk〉 achter iemand/iets aan zitten • pursue someone/something; 〈 proberen relatie aan te knopen〉 be after someone; 〈 volgen〉 follow someoneer zit een actrice in haar • she has the makings of an actress (in her)ze zit goed in de kleren • she is well off for clothesdeze auto zit al gauw op 120 km • this car does 120 km fairly easily -
4 gaan
1 [zich verplaatsen] go ⇒ move3 [zich begeven] go4 [+ onbepaalde wijs] [beginnen te] go, be going to5 [in beweging zijn, functioneren] go ⇒ run6 [losraken] come7 [plaatshebben] go ⇒ be, run9 [begrepen zijn in] go ⇒ fit11 [+ over] [tot onderwerp hebben] be (about)♦voorbeelden:een uur gaans • an hour's walk〈 figuurlijk〉 hoe gaat dat liedje ook weer? • how does that song go (again)?hé, waar ga jij naar toe? • where are you going?; 〈 achterdochtig〉 where do you think you're going?het gaat niet zo best/slecht met de patiënt • the patient isn't doing so well/so badlyhoe laat gaat de trein? • what time does the train go?ze zien hem liever gaan dan komen • they're glad to see the back of himik moet (nu) gaan • I must go/be going/off (now)ik ga ervandoor • I'm going/offdie twee gaan uit elkaar • those two are breaking upvan tafel gaan • leave the tableik ga! • I'm going!; 〈 informeel〉 I'm off!ga nu maar • off you go nowaan de kant gaan • move aside〈 figuurlijk〉 er gaat niets boven … • nothing beats …zijn gezin gaat bij hem boven alles • his family comes first (with him)zaken gaan voor het meisje • business before pleasure4 hij wil medicijnen gaan doen • he wants to do/study medicinegaan kijken • go and (have a) lookgaan liggen/staan/zitten • lie down, stand up, sit downgaan slapen • go (off) to bedga er maar eens aan staan • it's no picnic, it's not the easiest thing in the worldze gaan trouwen • they're getting marriediets gaan waarderen • come to appreciate somethinggaan wandelen/zwemmen • go for a walk/swim, go walking/swimmingaan het werk gaan • set to work〈 ironisch〉 ik ga (me) daar een beetje in de rij staan • I am (definitely) not going to join that queueals alles goed gaat • if all goes welldat kon toch nooit goed gaan • that was bound to go wronghoe is het gegaan? • how was it? how did it/things go?nou, dat ging zo • well, it was like thisalles gaat naar wens • everything's as it should beals het even gaat • if at all possibledat gaat zomaar niet • you can't just do thatik heb het al zo vaak geprobeerd, maar het gaat niet • I've tried it so often, but it won't workzo gaat het niet langer • things can't go on like thiser gaan 5 volwassenen in • it'll take 5 adultser gaat een liter in die fles • that bottle will take a litreer gaan zes glazen uit een fles • you can get six glasses out of a bottlezij gaat over de typekamer • she's in charge of the typing-pool11 waar gaat die film over? • what's that film about?zijn verhaal gaat er wel in bij de stakers • his speech went down (well) with the strikersdit type gaat eruit • this model's on the way outopzij gaan • give way to, make way for, go to one sidevoor niemand opzij gaan • make way for no man, yield/give way to no one〈 zoek raken〉 verloren gaan • get/be lostvreemd gaan • be unfaithfulvrijuit gaan • get offdaar gaan we weer • (t)here we go againin het zwart gekleed gaan • be dressed in blackhet gaat allemaal langs haar heen • it all goes (right) over her headmet iemand gaan • go out with someonewe hebben nog twee uur te gaan • we've got two hours to gozich te buiten gaan aan • overindulge inom kort te gaan • to cut a long story shortII 〈 onpersoonlijk werkwoord〉1 [gesteld zijn] be ⇒ go2 [geschieden] be ⇒ go, happen3 [+ om] [te doen zijn] be (about)♦voorbeelden:hoe gaat het (met u)? • how are you?, how are things with you?hoe gaat het op het werk? • how's (your) work (going)?, how are things (going) at work?het gaat hem niet slecht • he's not doing badlyje weet hoe dat gaat • you know how it is/things are/it goeszo gaat het nu altijd • it's always like thatzo gaat dat in het leven • that's lifedaar gaat het juist om • that's the whole pointhet gaat hem er alleen om dat … • all (that) he's concerned about is that …het gaat erom of … • the point is whether …het gaat om het principe • it's the principle that mattershet gaat om je baan • your job is at stakehet gaat hier om een nieuw type • we're talking about a new type -
5 orde
1 [regelmatige plaatsing, vastgestelde opeenvolging] order3 [vereniging van personen] order5 [biologie] order6 [religie] order (of priesthood)7 [onderscheiding] order♦voorbeelden:1 tot de orde van de dag overgaan • proceed/pass to the order of the dayvoor de goede orde wijs ik u erop dat … • for the record, I would like to point out to you/remind you that …orde scheppen in de chaos • produce order out of chaosiets aan de orde brengen • raise a matter/question, bring something upaan de orde zijn • be under discussionz'n kleren in orde brengen • straighten out one's clothes, adjust one's dressna de verhuizing waren zij snel weer op orde • they quickly got settled in after their move〈 figuurlijk〉 iemand tot de orde roepen • call someone to order, bring someone into lineverstoring van de openbare orde • disturbance of the peace, disorderly conduct, violation of civil orderde orde bewaren • keep/preserve/maintain orderzij kan goed orde houden • she is good at keeping order/disciplineorde moet er zijn! • we need more law and order!ik ben weer in orde • I'm all right again, I'm fine againdat komt (wel) in orde • 〈 ik zorg ervoor〉 I'll see to it; 〈 het komt wel goed〉 it will turn out all right/OKin orde! • all right!, fine!, OK!het toestel is (niet) in orde • there is nothing/something wrong with the appliance, the appliance is (not) in running/working orderis alles weer in orde tussen jullie? • is everything all right/OK between you two again?orde op zaken stellen • put/set things right; 〈 met betrekking tot eigen zaken〉 put one's affairs in orderin die orde van grootte • of that order (of magnitude)7 iemand een orde verlenen • invest someone with a decoration, decorate someone -
6 niet
niet11 [metalen beugeltje] staple2 [klinknageltje] rivetII 〈 de (mannelijk)〉1 [met betrekking tot een loterij] blank♦voorbeelden:1 [het niet zijn] nothingness♦voorbeelden:1 dat valt in het niet vergeleken bij … • that pales into insignificance beside …in het niet verdwijnen • vanish/fade into nothingness; vanish into thin air————————niet2〈 bijwoord〉1 [ontkenning] not2 [toch, immers] not♦voorbeelden:ik hoop van niet • I hope notgelieve niet te roken • please do not smokeik ook niet • neither/nor do I/am I/have I/ 〈enz.〉niet alleen …, maar ook … • not only … but also …ik kan niet anders dan zijn voorstel aannemen • I cannot but accept his proposalhet betaalt goed, daar niet van • it's well-paid, that's not the point, butdan niet! • (all right) then no!hij keek niet eens • he didn't even look, he never even lookedlang zo goed niet • nowhere near as/so gooddenk dat maar niet • don't you believe it!volstrekt niet • absolutely notik neem aan van niet • I don't suppose soniet dat … • (it's) not that …, it's not as if …dat viel mee, of niet? • that was all right, wasn't it? 〈enz.〉ze is niet al te slim • she is none too bright2 heb ik het je niet gezegd? • didn't I tell you?hoe vaak heb ik niet gedacht … • how often have I thought …niet waar? • isn't it?, aren't they?, doesn't he?, can't we? 〈enz.〉————————niet3♦voorbeelden:te niet doen • nullify, annul, cancel; set aside, override 〈 wet, besluit〉; dispose of 〈 theorie〉; undo 〈 resultaat van iets〉; dash, defeat 〈 hoop〉; put an end to 〈 overeenkomst〉een schuld te niet doen • cancel (out) a debtop deze wijze heeft hij al mijn werk te niet gedaan • in this way he undid all my workdat is niet meer dan een suggestie • that's nothing more than a suggestion -
7 best
best1〈 het〉♦voorbeelden:zijn uiterste best doen • try as hard as one canop zijn best • at besthij is op zijn best • he is at his bestze is op haar best (gekleed) • she looks her bestten beste keren • turn to advantageeen mening ten beste geven • volunteer an opinion————————best2♦voorbeelden:beste maatjes zijn met • be very thick withje bent een bovenste beste • you're fantasticPeter ziet er niet al te best uit • Peter is looking the worse for wearzij kwam als de beste uit de bus • she came out bestdat kan de beste overkomen • that can happen to the best of ushij kan koken als de beste • he can cook like the best of themop een na de beste • the second bestop twee na de beste • the third besthet beste van iets hopen • hope for the besthet beste van iets maken • make the best of somethinghet beste ermee! • good luck!; 〈 bij ziekte ook〉 best wishes!zo is het maar het beste • it's better like thiszij is er relatief het beste aan toe • compared to the others, she has the best of itik wil alleen het beste van het beste • only the best is good enough for mede eerste, de beste die nu nog z'n mond opendoet, krijgt een dreun • the first person to open his mouth is in for ithij overnacht niet in het eerste het beste hotel • he doesn't stay at just any (old) hotelII 〈 bijwoord〉1 [overtreffende trap van ‘goed’] best2 [uitstekend] fine3 [om ontkenning tegen te spreken; stellige overtuiging] sure4 [afzwakking] quite5 [erkenning] really♦voorbeelden:jij kent hem het beste • you know him bestik kan me dat best voorstellen • I can very well imagine thatkomt hij niet? best! • he's not coming? fine!wil je niet? mij best! • not interested? it's your choice!/if that's the way you want it!het zal best lukken • it's going to work out all righthet is eigenlijk best wel een goede film • actually quite a reasonable filmdat zou best kunnen • that's quite possibleze zou best willen … • she wouldn't mind … -
8 keer
1 [maal] time2 [wending] turn♦voorbeelden:het is de eerste keer dat ik het zie • this is the first time I have seen iteen enkele keer • once or twicegeen enkele keer • not oncevoor de laatste keer • for the last timevolgende keer beter! • better luck next time!de vorige/laatste keer dat hij hier was • when he was last here, (the) last time he was herenu moet je toch eens een keer ophouden • and now it's about time you stopped(op) een andere keer • another timedeze (ene) keer hield iedereen nu eens zijn mond • for once everybody kept quietnou vooruit, voor deze keer dan! • all right then, but just this once!de ene keer (is het) dit, de andere keer dat • now it's this and then it's thatnog een keer(tje) • (once) again, once morekeer op keer • time after time, time and againper keer • a timeanderhalf keer zoveel • half as much/many again(op) een keer • one dayeen keer te veel • once too oftendat is één keer en nooit meer • never againéén enkele keer, slechts één keer • only onceéén keer moet de eerste zijn • there is a first time for everything(het lukte hem) in één keer • (he did it) in one gowe hebben alles in één keer betaald • we paid for everything outright(meteen) de eerste keer al • right offnegen van de tien keer • nine times out of tendat heb ik nu al tien/honderd keer gehoord • I've already heard that I don't know how many times/a hundred timestwee keer • twicedat zal me geen tweede keer gebeuren! • I'll make sure that doesn't happen againvoor mijn part is hij twintig keer burgemeester • he can be mayor twenty times over for all I carede zoveelste keer • the umpteenth time -
9 mooi
3 [fraai gekleed, verzorgd] smart4 [esthetisch aangenaam] beautiful♦voorbeelden:5 mooie cijfers halen • get good Bmarks/ Agradeshet weer bleef mooi • the good weather kept up/helddat is niet zo mooi • 〈 met betrekking tot gedrag〉 that's not very nice; 〈 met betrekking tot situatie〉 that's a bit of a mess, that's a fine/pretty kettle of fishhet kon niet mooier • it couldn't have been betterte mooi om waar te zijn • too good to be truehet is mooi (geweest) zo! • that's enough now!, all right, that'll do!het mooiste is, dat … • (and) to crown (it) all …het was niet mooi meer • it wasn't funny anymore8 een mooie manier (van doen) is dat! • that's a fine way of carrying on!mooie vrienden heb jij • fine friends you havedaar ben je wel even/zes weken mooi mee • it can take quite a while/six weekswel nu nog mooier! • well, I never!〈 ironisch〉 jij bent me ook een mooie! • you're a (nice) one!II 〈 bijwoord〉2 [behoorlijk] well♦voorbeelden:mooie dikke plakken ham • nice thick slices of hamjij hebt mooi praten • it's all very well for you to talkdat is mooi meegenomen • that is so much to the goodwe zijn er mooi van afgekomen • we're well out of thatmooi zo! • good!, well done!3 ze heeft het mooi verknald • she's made a right/proper mess of ithij is er toch maar mooi in geslaagd • he jolly well managed (to do it) anywayik zit er maar mooi mee! • I'm saddled with it!mooi niet, mooi van niet! • you bet he/she/it didn't/won't! -
10 alla
-
11 geven
1 [schenken; toebrengen; toekennen; ook figuurlijk] give ⇒ 〈 geld ook〉 donate, 〈 aanreiken ook〉 hand♦voorbeelden:1 Engels/geschiedenis geven • teach English/historydat geeft een gemiddelde van 20 • you get an average of 20geef mij maar een glaasje wijn • I'll have a glass of winegeef mij maar Parijs • give me Paris (any day)kunt u me de secretaresse even geven? • would you please let me talk to the secretary?hij gaf zich de tijd niet om te eten • he didn't take time to eatje zou hem geen vijftig geven • you'd never think he was fiftykun je me het zout geven? • can/could you give/pass/hand me the salt?dat verhaal geeft te denken • that story makes you think〈 kaartspel〉 wie moet er geven? • who's deal is it?weten te geven en te nemen • know how to give and takeik zou heel wat willen geven om te weten … • I'd give a lot to know …zich helemaal aan iets geven • give oneself entirely (over) to something; throw oneself right into something 〈werk enz.〉dan geef ik er nog een autoradio bij • I'll throw in a car radio tooiets er aan geven • give something upgeef hier dat geld • give me that moneyiemand ervan langs geven • let someone have itdaar geef ik geen cent/geen barst om • I couldn't care less/couldn't give a damn about thathet is zaliger te geven dan te ontvangen • it is better to give than to receivehet was hem niet gegeven, zijn vader nog levend te zien • it was not (to be) given to him to see his father alive againgeef op! • (come on,) hand it over!de dokter geeft er wel wat voor • the doctor will have something for it¶ ik geef het je te doen • it's no picnic, it's not the easiest thing in the worldzich helemaal geven, alles geven • give it everything one's gothij gaf niet thuis • 〈 niet meewerken〉 he wouldn't play ball; 〈 niet reageren〉 he appeared not to notice/not to hear (me 〈enz.〉), he didn't bite1 [gesteld zijn op] be fond of2 [erg/hinderlijk zijn] matter♦voorbeelden:niets/geen cent om iemand/iets geven • not care a thing about someone/something2 wat geeft het? • what does it matter?, who cares?dat geeft niks • it doesn't matter a bit/at alldat geeft niet, hoor • it doesn't matter, it's all right -
12 kits
-
13 loslopen
2 [terechtkomen] be all right3 [los gaan zitten] work/come loose/off4 [losdraaien, werken] run free♦voorbeelden:2 het zal wel loslopen • it will be all right, it'll sort itself out -
14 vooruit
vooruit1〈 bijwoord〉♦voorbeelden:〈 figuurlijk〉 hiermee kan ik weer een tijdje vooruit • this will keep me going/will do (me) for a while2 dat had je vooruit kunnen weten • you could have foreseen (that), you might have known/guessed (that)zijn tijd vooruit zijn • be ahead of one's timever vooruit • well in advance————————vooruit2♦voorbeelden:1 vooruit! aan je werk • O.K./all right, time for workvooruit, zeg op • out with it -
15 ook
3 [zelfs] even5 [dienovereenkomstig] therefore♦voorbeelden:1 zijn er ook brieven? • are there any letters?wat hij zegt gebeurt ook • whatever he says goesAn was ook van de partij • Ann came along toomag ik ook eens wat zeggen? • may I say something too?ik ben er ook nog • I'm here toohij kookte, en heel goed ook • he did the cooking and very well toohet is mooi, en nog goedkoop ook • it is beautiful and cheap as wellmisschien doet hij het, misschien ook niet • maybe he'll do it and (then again) maybe he won'thij heeft niet gewacht, en ik trouwens ook niet • he didn't wait and neither did Izo vreselijk moeilijk is het nu ook weer niet • it's not all that difficult (after all)dat hebben we ook weer gehad • so much for that, that's over and done withze lust geen appels, en ook geen sinaasappels • she doesn't like apples or orangesniet alleen …, maar ook … • not only …, but also …morgen kan ook nog • tomorrow will be all right tooik hou van tennis en hij ook • I like tennis and so does he‘prettig weekend.’ ‘jij ook’ • ‘have a nice weekend.’ ‘(and) you too’‘je bent een stommeling.’ ‘jij ook’ • ‘you're an idiot.’ ‘so are you/you too’ik ben ook maar een mens • I'm only humanopa praatte ook zo • grandpa used to talk like that (too)mij ook goed! • suits medat is ook wat moois! • 〈 ironisch〉 that's a bit much!dat is waar ook! • that's true, of course!; 〈 bij het plots te binnen schieten〉 oh, I almost forgot!zo denk ik er ook over • I feel the same way about itook al is hij niet rijk • even though he's not rich4 hoe jong ik ook ben … • as young as I may be/am …jij zegt ook maar alles, wat je voor de mond komt • you say whatever pops into your headalles, maar dan ook alles! • absolutely everythingrepareer het hoe dan ook • fix it however you canhoe het ook zij, laten we nu maar gaan • anyway, let's go nowhoe dan ook • anyhowwat er ook gebeure • whatever happens, come what maywat je ook doet • whatever you doheb je je sjaal of wat je ook kwijt was gevonden? • have you found your scarf or whatever it was you had lost?wie (dan) ook • whoeverik heb zijn hulp aangenomen, ook al is die vrijwel niets waard • I have accepted his help, even though it's hardly worth anythinghoe zeer zij zich ook inspande • as hard as she tried5 hij is dan ook gestraft • and therefore/so he's been punished6 heb je haar ook voorbij zien gaan? • did you see her go past by any chance?kun je me ook zeggen waar hij woont? • could you tell me where he lives, (please)?(dat is) maar goed ook! • and a good thing too!jij hebt ook nooit tijd! • you never have any time!hoe heet hij ook weer? • what was his name again? -
16 weer
weer1I 〈 het〉1 [gesteldheid van de atmosfeer] weather2 [aantasting] weathering♦voorbeelden:tegen weer en wind beschut • protected from the elementsblootgesteld aan weer en wind • exposed to every kind of weather〈 figuurlijk〉 zijn gezicht staat op slecht weer • he's in a bad mood(, stay out of his way)er wordt zonnig weer verwacht • sun is expectedhet weer is omgeslagen • the weather has turnedhet weer wordt weer beter • it's clearing up againik ga niet uit met dit/zulk weer • I'm not going out in this/such weatherhet is geen weer • it's nasty weatherweer of geen weer • whatever the weather, come rain or shineII 〈de〉1 [weerstand] resistance♦voorbeelden:vroeg in de weer zijn • be up and at it early————————weer2〈 bijwoord〉1 [opnieuw] again2 [terug] back♦voorbeelden:er is weer water • the water is back onde kinderen zijn weer bezig • the children are at it againmorgen komt er weer een dag • tomorrow is another dayhet komt wel weer goed • it will all turn out all rightnu ik weer • now it's my turndie tijd komt nooit weer • those days are gone foreverwat moest hij nu weer? • what did he want now?wat nu weer? • now what?dat hebben we dan ook weer gehad • so much for that2 heen en weer gaan/reizen • go/travel back and forthheen en weer lopen • pace up and downover en weer • back and forth¶ hoe heette hij ook weer? • what was his name again?zo moeilijk is het nou ook weer niet • it's not all that hard -
17 betreffen
♦voorbeelden:wanneer het vrienden betreft • where friends are concerneddit betreft jou • this concerns youwat mij betreft is het in orde • as far as I'm concerned it's all rightwat dat betreft (heb je gelijk) • as far as that is concerned, (you're right)wat betreft (je broer/voorstel 〈enz.〉) • with regard to (your brother/proposal 〈enz.〉)dit wat hen betreft, en nu wat betreft jullie • so much for them, and now you2 de eerste hoofdstukken betreffen de voorgeschiedenis • the first chapters concern the previous history〈formeel; voor brief/memo〉 Betreft: • Re: -
18 gerust
♦voorbeelden:1 een gerust geweten/gemoed • an easy/a clear conscience, an easy mindmet een gerust hart de toekomst tegemoet zien • face the future with confidenceik ben niet gerust zolang zij niet thuis is • my mind won't be at rest until she's home(wees maar) gerust, zij komt wel • rest assured that she's coming; 〈 informeel〉 don't worry, she'll comewees daar maar gerust op • (you can) set your mind at rest about thatgerust zijn op iets • feel confident about somethingU kunt gerust zijn • you can set your mind at restik ben er (helemaal) niet gerust op • I am not (at all) happy about itII 〈 bijwoord〉♦voorbeelden:je kunt het gerust aannemen als hij het zegt • you can rely on what he saysik durf gerust te zeggen dat …/die hond aan te raken • I don't hesitate to say that …, I'm not afraid to touch that dogga gerust je gang • (do) go ahead!, feel free to …kom gerust eens langs • feel free to drop indat had je gerust kunnen zeggen • it would have been perfectly all right for you to have said thatje mag gerust bij mij komen wonen • you're welcome to come and live at my placevraag gerust om hulp • don't hesitate to ask for helpje mag gerust weten … • I don't mind telling you … -
19 het komt wel weer goed
het komt wel weer goedVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het komt wel weer goed
-
20 het
het11 [onzijdig naamwoord] it♦voorbeelden:1 ik denk/hoop het • I think/hope sohet ging allemaal goed • it all/things went wellwie is het? ben jij het? ja, ik ben het • who is it? is that you? yes, it's mezij was het die … • it was she who …ik weet het • I knowals jij het zegt • if you say sohet zijn Engelsen • they're Englishhet kind heeft honger, geef het een boterham • the child is hungry, give him/her a sandwichhet waren moeilijke dagen • they were hard timesII 〈 onbepaald voornaamwoord〉1 [loos onderwerp/lijdend voorwerp] it2 [geslachtsgemeenschap] it♦voorbeelden:hoe gaat het? het gaat • how are you? I'm all right/O.K.wat geeft het, wat zou het • what does it matter, who caresmorgen is het zaterdag • tomorrow is Saturdayhet regent • it's raininghet zij zo • so be it————————het2〈 lidwoord〉1 [bepalend onzijdig lidwoord] the♦voorbeelden:1 dat kost drie gulden het kilo • that costs three guilders a/per kiloin het zwart gekleed • dressed in blackhet roken • smokingzij was er het eerst • she was there first
См. также в других словарях:
All night all right — Album par The Ritchie Family Sortie 1983 Albums de The Ritchie Family … Wikipédia en Français
All Night, All Right — All night all right Album par The Ritchie Family Sortie 1983 Albums de The Ritchie Family … Wikipédia en Français
all right — W2S1 adj, adv, interjection [not before noun] ▬▬▬▬▬▬▬ 1¦(good)¦ 2¦(no problems)¦ 3 do all right (for yourself/herself etc) 4¦(suitable)¦ 5 it s all right 6 it s/that s all right 7¦(permission)¦ 8¦(agreement)¦ 9¦(understanding)¦ … Dictionary of contemporary English
all right — all right1 adjective, adverb MAINLY SPOKEN *** ▸ 1 fairly/very good ▸ 2 going well ▸ 3 for permission ▸ 4 not hurt/sick ▸ 5 for making someone less upset ▸ 6 for admitting something ▸ + PHRASES 1. ) satisfactory or fairly pleasant, but not… … Usage of the words and phrases in modern English
all right — all right′ adv. 1) yes; very well: All right, I ll go with you[/ex] 2) (used as an interrogative) do you agree?: We ll meet tomorrow, all right?[/ex] 3) satisfactorily; acceptably: Her work is coming along all right[/ex] 4) without fail;… … From formal English to slang
all right — is still the preferred way of writing this common expression. The alternative form alright, despite its much higher frequency, is not fully accepted, although there are various arguments in its favour, especially: (1) the need to distinguish it… … Modern English usage
all right — [adj1] satisfactory acceptable, adequate, appropriate, average, decent, fair, fit, fitting, good, hunky dory*, okay, okey dokey*, passable, proper, satisfying, standard, sufficient, swell*, tolerable, unexceptional, unobjectionable; concepts… … New thesaurus
all right — pred. adj. 1. satisfactory; better than average; as, everything is all right. Syn: all right(predicate), ok, o.k., okay. [WordNet 1.5] … The Collaborative International Dictionary of English
all-right — adj. prenom. 1. satisfactory; better than average. an all right movie Syn: all right(predicate), ok, o.k., okay [WordNet 1.5] … The Collaborative International Dictionary of English
All Right Hotel — (Хельсинки,Финляндия) Категория отеля: Адрес: Lokitie 1A, Восточный округ, 00980 Хе … Каталог отелей
All Right Holiday Cottage — (Хельсинки,Финляндия) Категория отеля: Адрес: Lokitie 1 A, Восточный окру … Каталог отелей